‘Toneelschrijven is samenwerken’ of ‘Hoe ik er toe kwam om nog alleen maar monologen te schrijven die ik zelf opvoer’

Afgelopen jaar schreef ik in opdracht van Theatergroep Augustus een raamvertelling voor een muziektheaterproductie. Ondanks de veelheid van randvoorwaarden (of misschien wel dankzij, uit beperkingen wordt immers schoonheid geboren, toch?) is het een mooi stuk geworden. Ik zou u de titel willen noemen, maar dat is het enige punt van het stuk dat voor mijn gevoel nog niet helemaal af. Ik begon te schrijven met de praktische werktitel ‘muziektheaterstuk’. Meestal doop ik de eerste werktitel vlot om in iets waarin het onderwerp of de hoofdpersoon voorkomt. De hoofdpersoon heet Andrew. De voorstelling is een caleidoscopisch doorkijkje in musicalland. Zo werd de werktitel ‘Andrew in musicalland’ geboren. Het was met direct duidelijk dat ik de definitieve titel nog niet gevonden had. Continue reading “‘Toneelschrijven is samenwerken’ of ‘Hoe ik er toe kwam om nog alleen maar monologen te schrijven die ik zelf opvoer’”

Een duizendpoot heeft nooit een writersblok – ja ja

Voor De Mercuriuskop knauw ik al enige weken op een goede opening. De rest van het verhaal is in mijn hoofd al een heel eind gevorderd. De personages, de verhaallijn, een paar mooie wendingen: het begint allemaal een antwoord te geven op de vraag wat voor verhaal ik eigenlijk wil vertellen. Maar waar begin ik? Continue reading “Een duizendpoot heeft nooit een writersblok – ja ja”

Ik verzon weer eens een briljante boektitel

De werktitel voor de roman waar ik nu aan schrijf is, is ‘De Mercuriuskop’. Toen ik die titel net verzonnen had, was ik uitgelaten, bijna euforisch. Ik zag de dikke pil zo tussen Het schervengericht en Suezkade staan. Dat was toch de look-and-feel die ik wilde hebben? Continue reading “Ik verzon weer eens een briljante boektitel”