Lesgeven is leuk, maar om iemand schrijven te leren…

In een vorig leven was ik trainer. Ik leerde mensen telefoon- en verkooptechnieken. Daarbij was van grote meerwaarde dat mijn eigen gesprekstechniek erg goed was en dat ik ook nog wat verstand had van wat de cursisten moesten verkopen. Mij leek dat nuttig, herstel: noodzakelijk. Het bedrijf waar ik werkte was een andere mening toegedaan. Een goede trainer hoeft nergens verstand van te hebben. Continue reading “Lesgeven is leuk, maar om iemand schrijven te leren…”

Schrijven is toch een beetje op vakantie gaan

We zijn een week van vakantie terug. Toen ik nog in loondienst was, gebruikte ik de vakantie om te schrijven. Nu heb ik amper een letter op papier gezet. Afgelopen dagen vroegen mensen regelmatig hoe onze vakantie geweest was en ik moet eerlijk bekennen dat ik daarover vrij diep moest nadenken. De mystieke ervaring van diepere ontspanning die mensen vaak omschrijven als ‘het vakantiegevoel’ heb ik dit jaar niet gehad. Continue reading “Schrijven is toch een beetje op vakantie gaan”

‘Toneelschrijven is samenwerken’ of ‘Hoe ik er toe kwam om nog alleen maar monologen te schrijven die ik zelf opvoer’

Afgelopen jaar schreef ik in opdracht van Theatergroep Augustus een raamvertelling voor een muziektheaterproductie. Ondanks de veelheid van randvoorwaarden (of misschien wel dankzij, uit beperkingen wordt immers schoonheid geboren, toch?) is het een mooi stuk geworden. Ik zou u de titel willen noemen, maar dat is het enige punt van het stuk dat voor mijn gevoel nog niet helemaal af. Ik begon te schrijven met de praktische werktitel ‘muziektheaterstuk’. Meestal doop ik de eerste werktitel vlot om in iets waarin het onderwerp of de hoofdpersoon voorkomt. De hoofdpersoon heet Andrew. De voorstelling is een caleidoscopisch doorkijkje in musicalland. Zo werd de werktitel ‘Andrew in musicalland’ geboren. Het was met direct duidelijk dat ik de definitieve titel nog niet gevonden had. Continue reading “‘Toneelschrijven is samenwerken’ of ‘Hoe ik er toe kwam om nog alleen maar monologen te schrijven die ik zelf opvoer’”

Als ik toch eens briljante achterflappen zou kunnen schrijven

Ik stond in een boekhandel aan zo’n non-fictie tafel en las een paar achterflappen. Al die boeken blijken geschreven door publicisten. Ineens vroeg ik me af: een publicist, wat is dat eigenlijk? Het woord geeft alleen aan dat wat je schrijft ook wordt gedrukt en verspreid, verder niets. Continue reading “Als ik toch eens briljante achterflappen zou kunnen schrijven”

Ik werd vanochtend wakker en had het begin in mijn hoofd

Hij had zijn leven lang gewerkt aan het opknappen van verpauperde woningen. Met wat zo’n beetje zijn laatste ademtocht moest zijn, bekende hij dat hij zo graag eens een nieuw pand had gebouwd, een eigen woning, zodat over honderd jaar of meer anderen zijn bouwsel zouden kunnen restaureren.

‘Maak er wat van jongen,’ zei hij met omfloerste stem. ‘Beloof me dat je je dromen waarmaakt.’

Ik had natuurlijk ja gezegd, want aan een sterfbed zeg je nu eenmaal geen nee, al wist ik dat mijn belofte de facto een leugen was. Dromen najagen, ik had wel wat beters te doen. Je wilt zo’n man toch een goed gevoel meegeven, dacht ik toen nog. Als ik had geweten wat hij in die lange laatste ademtocht nog allemaal aan mijn moeder zou opbiechten, had ik hem waarschijnlijk niet alleen een resoluut nee verkocht, maar ook met liefde een kussen in zijn smoel geduwd.

Op naar de waterval. Of het naaktstrand.

Als een verhaal kabbelt, is dat meestal geen goed teken, zeker als het ’t begin van een verhaal betreft. De openingsscène moet eigenlijk meteen boeien, uitnodigen om verder te lezen. Dat betekent niet dat het heftig of groots hoeft te zijn. Een verhaal kan heel voorzichtig beginnen. Dan lijkt het water te kabbelen, maar gestaag wordt de stroming sterker, tot je weet dat er verderop een waterval van Niagara-achtige proporties zal volgen. In zo’n geval is kabbelen niet erg. Continue reading “Op naar de waterval. Of het naaktstrand.”

Woorden laten dansen (vergelijking 3/3)

Nog zo´n televisieprogramma: the ultimate dance battle. Vijf choreografen gaan de strijd met elkaar aan en werken, met een groep dansers, ook buiten hun eigen stijl. Ik heb geen verstand van dans en zo’n programma leert mij veel. Ik zie de choreografen hun inspiratie uit de muziek halen, improviseren en ensceneren. Daarna volgt het proces van zetten en cleanen. Mooie woorden vind ik dat. Ik probeer helder te krijgen wat ze er precies mee bedoelen. Scherper maken. Strakker maken. Overbodige franje eruit. Timing goed. Hoe langer ik naar het programma kijk, hoe meer ik me realiseer dat hun zetten en cleanen, mijn herschrijven is.

Schrijven zoals je op de catwalk loopt (vergelijking 2/3)

Ik vergelijk het schrijven graag met andere kunstvormen. Dat helpt me buiten de gebaande paden te treden en daar mijn eigen weg te vinden. Soms komen me nieuwe termen aanwaaien tijdens een eenvoudige avond televisie kijken. Bij Amerika´s Next Top Model becommentarieert de jury modefoto´s van potentiële topmodellen. Het ene model kijkt edgy, het andere fierce. De ene look is commercial, de andere high fashion. Ik wil in mijn boeken ook personages die edgy en fierce zijn. Hoe je dat schrijft, daar kan ik dan weer lekker een avond over fantaseren.

Er hangt nooit een boek in een museum (vergelijking 1/3)

Als een schrijver een beeldhouwer is, maakt hij eerst zijn eigen blok steen. Zonder al te veel nadenken zet hij een woordenbrij op papier. Daarna gaat hij beitelen, het roemruchte schrappen, tot langzaamaan de contouren van het werk tevoorschijn komen. Er zijn echter ook schrijvers die als schilders zijn. Die laag voor laag de olieverf opbrengen, deze tussentijds rustig laten drogen voor ze door kunnen. Zij schrijven in dunne, transparante lagen, voegen steeds iets toe.

In writing, never ever kill your darlings

Het is een vreemde dubbelheid: als schrijver moet je de noodzaak voelen om een tekst te schrijven, vol bezieling, maar je mag niet van je tekst gaan houden, want zodra je dat doet is er altijd wel iemand die vindt dat je wat je geschreven hebt als de wiedeweerga om zeep moet helpen. Continue reading “In writing, never ever kill your darlings”