Lezersdagboek: We have always lived in the castle

index2

Waarom heeft in de afgelopen twintig jaar niemand mij bij mijn kladden gepakt en geroepen: je moet nu echt het werk van Shirley Jackson lezen! Dat zou helemaal terecht zijn geweest. De kalme poëtische toon van haar zinnen, de gelaagdheid van het verhaal, de magische lading van haar wereld; het is precies waar ik van houd. Toch deed niemand dat, terwijl mij door Jan en alleman zoveel boeken zijn aangeraden.

Misschien zegt het iets over de mensen die mij boeken aanraden, en hun vermogen om waar ik echt van houd in te schatten, maar waarschijnlijk is het – hoe kan het ook anders – vooral de verdomde tijdgeest. Shirley Jackson was lange tijd niet hip (wat een understatement is), ze was niet ‘bon ton’ in de literaire wereld en haar nalatenschap leed een zieltogend bestaan in de banlieu van de literaire backlog, op weg naar de vergetelheid.

Shirley Jackson was een vrouw, waardoor haar werk al geen wind mee had in de wereld van blanke, middelbare mannen. Wat zij schrijft laveert op het grensvlak van literair, magisch realisme, en de griezelverhalen uit de pulp-hoek. Moeilijk in een hokje te stoppen. En dan is er weinig ruimte tussen vergetelheid en eeuwige roem.

Aan de vergetelheid lijkt ze weer even ontrukt, nu afgelopen jaar haar biografie verscheen. Het lijkt een opmaat naar hernieuwde belangstelling voor haar werk. Nieuwe uitgaven door onder andere Penguin. Een verfilming van ‘the castle‘ is onderweg. En in Nederland bleef Atlascontact niet achter door een uitgave in de imprint L.J.Veen Klassiek met een voorwoord van Nina Weijers. Ik weet niet precies hoe eeuwige roem eruit ziet. Maar dit kan er toch niet ver vanaf zitten.

Wellicht heeft ook de voorzichtige renaissance in de genreliteratuur van wat niet-blanke-mannen-van-middelbare-leeftijd zoal geschreven hebben, voor een beetje wind mee gezorgd. Maar bovenal is het natuurlijk de onverbiddelijke kwaliteit van het werk. Mooie, intrigerende personages. Een verhaal op het schuurvlak van twee werelden; de geborgen, magische wereld van de hoofdpersoon, en de normale, burgerlijke wereld van angst, schuld en verplichtingen. Het is bruut en zinloos om er veel meer over te zeggen. Leest u vooral niet teveel besprekingen. Lees vooral het boek.

Ik las de Penguin editie uit 2006, die nog steeds verkrijgbaar is. Dat is zo’n boek zoals boeken bedoeld zijn. Alles aan de uitgave draagt bij aan het verhaal. De omslag, het lettertype, de papierkleur, de gerafelde randen van het snijwerk. De omslag illustratie is perfect passend bij de sfeer en inhoud van het verhaal. Goddank geen kasteelachtig gebouw voorop, of alleen een zwarte kat, zoals op de meeste andere uitgaven. Het voorwoord was snorkend saai, maar dat neem ik bij een verder perfecte uitgave op de koop toe.

Ik las het boek parallel in het Nederlands. De vakkundige vertaling van Rob van Moppes leest even soepel als het origineel en laat de personages en het verhaal uitstekend voor zichzelf spreken. Daarna is het een kwestie van smaak. De Nederlandse tekst blijft erg dicht bij het Amerikaanse origineel. Van mij had Moppes zich meer vrijheden mogen permitteren om de poëtische kracht van de Engelse tekst dichter te naderen. In snit is het een heel Amerikaans verhaal gebleven. Daardoor voelt het ver weg, een verhaal dat speelt aan de andere kant van de Atlantische oceaan. Waar ik dat bij menig andere vertaling een pré had gevonden, vind ik dat hier jammer. Naar mijn smaak had het in woordkeus en wellicht zelfs in de namen meer vernederlandst mogen worden, zodat die magische wereld dichterbij voelde. Om de hoek.

Dat is in vertalersland wellicht momenteel geen hippe keuze. Maar daardoor is het vooral een heel nette, vakkundige vertaling voor wie het Engels amper machtig is. Van weinig toegevoegde waarde voor de meeste lezers.

Enfin, waar het vooral om gaat: Shirley Jackson, lees die vrouw! Geniet en huiver.

Geef een reactie